Loopt u risico’s als uw crediteur zijn vorderingen op u verpand?

Het zal u niet onbekend voorkomen. Banken zijn de laatste jaren meer en meer terughoudend met het verstrekken van kredieten. En zo zij al krediet verstrekken, dan is dat onder de voorwaarde dat het risico voor de bank (vrijwel) nihil is. U mag dan ondernemersrisico willen lopen, de bank doet daar zeker niet aan mee. Derhalve eisen zij zekerheden voor het verstrekken van krediet.

Verpanding vorderingen
Een veel gehanteerde wijze van het verlenen van zekerheidsrechten door kredietnemers aan de bank is het vestigen van een pandrecht op hun vorderingen. Voor veel ondernemingen zijn verpandbare vorderingen derhalve waardevolle vermogensobjecten die als zekerheid kunnen worden verpand aan de bank bij het verkrijgen van financiering. U moet dan ook niet verbaasd zijn als uw leveranciers hun vorderingen op u hebben verpand.

Verbod tot verpanding
Er zijn partijen die in hun contracten een verbod tot verpanding van vorderingen door een wederpartij opnemen. Een reden hiervoor kan zijn dat men in geval van een conflict niet opeens geconfronteerd wil worden met een andere partij dan de oorspronkelijke wederpartij. Een andere reden is bijvoorbeeld de mogelijke rechtsgeldigheid van betaling op de g-rekening van de opdrachtnemer. Als immers de vorderingen zijn verpand aan de bank, kan wellicht discussie met de bank ontstaan over de vraag of het loonbelasting-en premiebestanddeel – dat normaliter op de g-rekening van opdrachtnemer zou worden overgemaakt – aan de bank moet worden voldaan. Anderzijds dient u zich te bedenken dat een beding tot niet-verpandbaarheid van vorderingen veel ondernemingen zullen beperken in het verkrijgen van financiering en daarmee het handelsverkeer ernstig wordt belemmerd.

Risico’s debiteur
Voor u als debiteur is het overigens goed te weten dat een verpanding in beginsel geen (nadelige) gevolgen voor u heeft. Wat zich op enig moment kan voordoen is dat u van de bank een zogenaamde ‘Notification’ krijgt. Dit is een mededeling van de bank waarin zij meedeelt dat u de opeisbare vordering(en) van uw crediteur vanaf dat moment aan de bank dient over te maken in haar hoedanigheid van pandhouder. Hier dient u dan wel gevolg aan te geven, want als u ondanks deze mededeling toch betaalt aan uw crediteur loopt u het risico dat u alsnog het bedrag aan de bank zal moeten voldoen. Overigens kunt u zich jegens de pandhouder op eenzelfde wijze verweren als tegen uw crediteur. Zo kunt u bijvoorbeeld in voorkomende gevallen ook jegens de pandhouder over gaan tot verrekening.

Wilt u meer weten?
Heeft u vragen? Komt u er zelf niet uit? Bel nu 06 – 10 90 23 77 of maak gebruik van het contactformulier.